vrijdag 30 april 2004

De Niemandshoek

In de reeks Gehucht van Gazet van Antwerpen komt vandaag onze eigenste Niemandshoek aan bod. Enkele inwoners komen aan het woord in een knappe reportage die twee bladzijden omvat. Uiteraard is ook boer Viene Heylen (59) van de partij. Hij denkt aan afbouwen en heeft geen opvolger voor zijn melkveebedrijf. "Dat is jammer maar wie wil die stiel nog doen? Vroeger moest ik eens per jaar een belastingbrief invullen en dat liet ik dan nog doen. Nu is het rink aaneen iets vès. Ik doe mijn pet af voor de jonge boeren." De Viene vertelt ook dat hij ooit een reporter wijsmaakte dat het bootje waarmee de eerste mosselen voor 't Schipke worden aangevoerd helemaal uit Yerseke kwam. "Die man was daarmee weg. Maar wij vulden dat bootje ginder zie, achter die canadabomen."
Schrijnwerker Jef Verheyen omschrijft de Niemandshoek als "het paradijs op aarde". Hij prijst zich gelukkig dat hij nog net vóór de bescherming van het gebied een bouwvergunning kreeg. "Omdat de dakrand niet hoger mocht zijn dan die van de bestaande woning, stopten we de benedenverdieping deels in de grond. De woonkamer is onze uitkijktoren. We hebben in de vier windrichtingen een uitzicht op de Netevallei."
Fruitteler Frans Kerkhofs heeft een boomgaard waarin je 80 appelsoorten, 42 soorten peren, tien kersenvariëteiten, 36 mispels en tien notensoorten aantreft. Hij verkoopt zijn fruit op biomarkten. "Eigenlijk is het puur idealisme. Het biolabel kost me elk jaar al 360 euro. Daarvoor moet je al veel fruit verkopen. Maar ik doe het graag." Frans komt in zijn biotoop tot rust. "Ik kan nog een boom omhelzen. Daar haal ik energie uit."
Hoefsmid Jan De Kepper beweert dat zijn beroep opnieuw in de lift zit. "Alleen al in de provincie Antwerpen leven 60.000 paarden. Er is dus meer dan voldoende werk voor een hoefsmid." Jan doet het meeste werk op verplaatsing, al heeft hij een smidse aan zijn woning. "De meeste eigenaars verlangen dat je langskomt. Ik heb dan ook een mobiele smidse met een klein oventje. Alleen de Brabanders moeten nog naar hier komen. Het is wel een zware stiel, erg belastend voor mijn rug. Meer dan vijf paarden per dag schoei ik niet."
Uitbater Jochen Van Reeth van 't Schipke tenslotte geeft aan dat hij zich al vanaf de eerste dag thuis voelde langs de Nete. "De buren vormen één grote vriendenkring. We komen bij elkaar over de vloer. Alles kan, niets moet in de Niemandshoek."

Geen opmerkingen: