Charel Cambré signeert in Café Titanic

Striptekenaar Charel Cambré signeert vandaag vanaf 18 uur in den Titanic, het café van zijn broer Herre. Charel is het brein achter de strips ‘Mega Mindy’, ‘Jump’ en ‘Albert & Co’, de nieuwe gagstrip over ons koningshuis die wekelijks verschijnt in Story. Het gaat trouwens heel goed met Charel Cambré, dankuwel. Niet alleen zal ‘Jump’ vanaf het verse schooljaar in ‘Zonneland’ verschijnen, ook ‘Albert & Co’ gaat een mooie toekomst tegemoet want de koninklijke fratsen worden in albumvorm uitgegeven bij uitgeverij Glénat, zowel in het Nederlands als in het Frans.
Het idee om een strip te maken rond de koninklijke familie komt eigenlijk van Sophie Verbist, een medewerkster van The House Of Books. “Die uitgeverij wilde mij voor een strip rond het koningshuis koppelen aan Geert Hoste”, aldus Charel onlangs in een interview met het magazine Stripel. “Er zijn zo tien platen gemaakt op scenario van Geert maar uiteindelijk liep de samenwerking niet zo vlot en werd er besloten om voorlopig een punt te zetten achter de strip. Toen ik werk van mij opstuurde naar Paul Herman, waren daar ook platen van de royal strip bij. Paul belde me op en van’t één kwam ‘t ander.”
De keuze om ‘Jump’ een voorpublicatie te geven in Zonneland komt van de uitgeverij zelf. Het kadert ongetwijfeld in een plan om de verkoop van de strip aan te zwengelen, want die loopt momenteel niet schitterend. “Er komt zeker een vijfde en zesde deel maar het moet op een gegeven moment wel eens uit de startblokken schieten, dus alle publiciteit en promotie is welkom. Het blijft moeilijk om naast kleppers als De Kampioenen, Urbanus, Jommeke en Sus en Wis verkocht te geraken.”
‘Mega Mindy’, ‘Jump’, ‘Albert & Co’, ‘Suske en Wiske’: slaapt Charel ’s nachts nog wel? “Tja, ik heb wel hulp hoor! ‘Jump’ inkt en kleur ik niet zelf, net als ‘Mega Mindy’. ‘Albert & Co’ inkt ik zelf, de kleur doet Jeroen Steehouwer. En Sus en Wis, daar doe ik af en toe eens een kortverhaal, maar de frequentie ligt toch iets lager dan voorheen. ’t Is een boel werk, maar ik ben nog jong, hé.”