Met 331 zijn ze, politici en ambtenaren - samen zijn ze met 7.700 - die een lijst met mandaten hebben, maar dit zijn ‘vergeten’ aan te geven bij de belastingen. Op de zwarte lijst staan ook vijf Kempense schepenen en zeven gemeenteraadsleden. Meer nog: twee van hen zijn Huirtuiteneiren: Hugo Cambré (Eenheid) en Sander Ooms (Denktank).
Vroeger was het een publiek geheim dat politici hun dagdagelijkse job combineerden met een rist postjes en bestuursfuncties in bedrijven en verenigingen, én ermee weg kwamen. Nu: het uitbrengen en verdelen van een boekske - en jaarlijks 5.000 euro opstrijken, zónder het aan te geven bij de belastingen - is ook een lucratieve bijverdienste, maar we wijken af. Feit is dat onze politici sinds 2005 geen geheimen meer mogen hebben voor Vadertje Staat en dat zij een lijst met mandaten moeten neerleggen bij het Rekenhof. Bedoeling is om meer transparantie te krijgen en mogelijke belangenvermenging tegen te gaan.
Enfin: dit jaar dienden 12 aangifteplichtigen uit onze regio géén mandatenlijst in. Eén en ander verscheen vorige week vrijdag (13 augustus 2010) in Het Staatsblad (definitieve lijst van de personen die de in artikel 2 van de bijzondere en gewone wet van 2 mei 1995 bedoelde mandatenlijst niet hebben ingediend) en stond gisteren ook in Het Nieuwsblad. Alle zondaars hebben ze dezelfde uitleg: “Oeps, vergeten ...”
Ook schepen Hugo Cambré, in onze gemeente bevoegd voor jeugd, leefmilieu, ruimtelijke ordening en toerisme, had Worzel Gummidge-gewijs zijn ‘vergeethoofd’ op. “Ik heb mijn mandatenlijst wel degelijk aangetekend verstuurd, maar helaas te laat”, bevestigde Cambré gisteren in Het Nieuwsblad. Het is allemaal de schuld van de Eyjafjallajökull. “Ik was in die periode met vakantie in Spanje. Door de aswolk moest ik toen nog wat langer blijven, waarna ik de aangifte uit het oog ben verloren.”
Alle ‘vergeetachtige’ schepenen en gemeenteraadsleden riskeren nu een boete tussen 100 en 1.000 euro. Met opcentiemen erbij kan die zelfs oplopen tot 5.500 euro.
Ik vraag me wel af hoe onze mandatarissen in kennis werden gesteld van hun overtreding. Zelf werd ik in april van dit jaar in het Mechelse tegengehouden voor een alcoholcontrole. Eén muziekquiz, twee Duvels en vijf uur later bleek ik 0.25 in m’n adem te hebben zitten. Omdat ik geen kwartier uitstel had gekregen - wist ik veel dat je dat kon vragen, niemand heeft me dat ooit verteld - diende ik een bezwaarschrift in. Vandaag heb ik antwoord gekregen van de Procureur des Konings, Anne-Marie Gepts. “Na onderzoek van het dossier ben ik van oordeel dat er voldoende bezwaren bestaan om U te vervolgen”, schrijft ze.
Vervolgen. In een land waar men Dutroux laat ontsnappen, waar seriemoordenaars nog meer dan 2.000 euro loon trekken nadat ze bekentenissen hebben afgelegd én waar pedofiele priesters en bisschoppen hun gang mogen gaan, gaat men mij ‘vervolgen’ omdat ik 0.25 milligram/liter in m’n adem had.
Met welke formulering zou de brief gericht aan Roger Vangheluwe begonnen zijn? “Na onderzoek van het dossier ben ik van oordeel dat er onvoldoende bezwaren bestaan om U te vervolgen wegens het misbruiken van jongeren.”
Gelukkig staat het mij vrij om geen gevolg te geven aan het voorstel van mevrouw Gepts. In dit geval stel ik me dan wel bloot vervolgd te worden voor de rechtbank. Spannend toch!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten