zondag 24 november 2019

Schrijver en oud-journalist Gaston Durnez is overleden

In Lier is Gaston Durnez, literair auteur, dichter, cursiefjesschrijver en journalist, overleden op 91-jarige leeftijd. Van de grote reeks publicaties die hij verzorgde, zijn onder meer de titels ‘Felix Timmermans. Een biografie’ (2000), ‘Vroeger waren wij veel jonger’ met zijn jeugdherinneringen (2008) en ‘De bolhoed van mijn vader’ (2015) bekend. Gaston Durnez is ook belangrijk als initiatiefnemer en redacteur van de ‘Encyclopedie van de Vlaamse Beweging’.

De schrijver en journalist Gaston Durnez is op 91-jarige leeftijd overleden in Lier. “Als schrijver, dichter en journalist laat Gaston Durnez een enorme erfenis achter voor de Vlaamse journalistiek en literatuur”, zei Vlaams minister-president Geert Bourgeois bij de uitreiking van het Ereteken van de Vlaamse Gemeenschap in 2018.
Kerkjurist en voormalig rector van de KU Leuven Rik Torfs noemde Durnez ooit “een grootmeester van het Nederlands, een voorbeeld uit mijn jeugd.” In 2017 kreeg Gaston Durnez in het koninklijk paleis uit handen van koning Filip het ereteken van commandeur in de Kroonorde.

ZEVENDE ZOON VAN ELF
Gaston Cyriel Durnez wordt op 9 september 1928 geboren in het West-Vlaamse Wervik als zevende zoon in een arbeidersgezin met elf kinderen. Gaston Durnez was amper drie jaar toen de familie Durnez uitweek naar Asse, in de buurt van Brussel, op zoek naar werk in een fabriek. “Werk was Brussel en Brussel was Frans”, zou Durnez daar later van zeggen. Het zijn ook de jaren waarin de miserie van de Vlaamse pendelaars op zoek naar werk in Brussel en Wallonië op hem een grote indruk maakt. Hij zou er later - als journalist - veel aandacht aan besteden.
In zijn jeugd maakt hij kennis met de Katholieke Arbeiders Jeugd (KAJ ) van kanunnik Jozef Cardijn. “In de KAJ kregen wij lessen over zelfbewustzijn en dat was voor ons totaal nieuw. En natuurlijk werden ons ook die drie fameuze woorden van Cardijn in het hoofd geprent: zien, oordelen, handelen. Dat zijn trouwens de principes die ook elke journalist voor ogen zou moeten houden, in die volgorde”, zei Durnez daarover in Actief, het blad van de Gezinsbond, in 2011.
De familie Durnez is te arm om Gaston te laten doorstuderen aan een college, maar via een schrijfwedstrijd voor een lokaal weekblad trekt hij de aandacht van de plaatselijke industrieel Adolf Clauwaert, die zijn toekomstige bedienden opleidt in een eigen privéschooltje de Praktische Handelsschool, waar Durnez de kans krijgt om gedurende twee jaar boekhouding en dactylografie te studeren.

SOCIALE JOURNALISTIEK
In 1943 moet de 15-jarige Gaston gaan werken om voor brood op de plank te zorgen. Hij wordt aangeworven op het Brusselse hoofdkwartier van persbureau Belga als typist. Een jaar later rollen de kranten van De Nieuwe Standaard van de persen en de 16-jarige Durnez kan er terecht als loopjongen, maar niet voor lang. Op 1 mei 1945 wordt hij aangeworven als journalist bij De Nieuwe Standaard (later De Nieuwe Gids) - 't Vrije Volksblad en Het Nieuws van den Dag.
Op 1 maart 1953 gaat hij aan de slag als redacteur bij De Standaard/Het Nieuwsblad, die in 1947 door Albert De Smaele opnieuw was opgericht. Hij wordt redactiechef van Het Nieuwsblad, hoofd van de algemene nieuwsdienst en adjunct-rubriekleider cultuur van De Standaard.
De sociale reportages die Durnez in de jaren 50 maakte over de Vlaamse arbeiders die in de Waalse industrie of mijnsector gingen werken, zijn nog altijd uitstekende voorbeelden van sociale journalistiek. Ten tijde van de mijnramp in Marcinelle in 1956, waarbij 262 doden vielen, versloeg hij niet alleen de dramatische gebeurtenissen, maar hij keerde enkele maanden later terug voor een nieuwe reeks, ‘Mannen met zwarte gezichten’.
Het werd een stevig staaltje onderzoeksjournalistiek: Durnez trok mee de schachten in, praatte met nabestaanden, bezocht familieleden, onderbouwde de stukken met stevig bronnen- en cijfermateriaal en stelde zich de vraag hoe zoiets in hemelsnaam plaats had kunnen vinden. Zijn antwoorden wekten heel wat verontwaardiging op. In 1958 won hij er de eerste Vlaamse Journalistenprijs mee.

BIOGRAAF VAN FELIX TIMMERMANS
Durnez was ook dichter. Hij debuteerde in 1954 met de humoristische dichtbundel "Muzenissen". Een andere dichtbundel was "Hooikoorts" uit 1962. In het midden van de jaren 60 verhuist hij naar Lier en richt er mee het Felix Timmermans Genootschap op. Hij zal diverse publicaties aan Felix "Fee" Timmermans wijden: "De goede Fee. Pasfoto van Felix Timmermans" (1986), "Het lied mijner kindsheid", of "Een lepel herinneringen" (1992) en ten slotte het definitieve "Felix Timmermans. Een biografie" (2000)
Later verhuist Gaston Durnez naar Itegem (Heist-op-den-Berg). Van 1965 tot 2000 is hij redacteur van het culturele tijdschrift Ons Erfdeel. Van 1966 tot 1969 onderbreekt hij zijn loopbaan bij de Standaardgroep om gedurende drie jaar redacteur te worden bij de Nederlandse krantengroep Brabant Pers en het Vlaamse dagblad Het Volk.
Daarnaast is hij literair adviseur bij de uitgeverij Van In in Lier. Vanaf 1969 is hij (weer) redacteur bij De Standaard tot aan zijn pensionering in 1992. Bij De Standaard raakt hij bevriend met striptekenaar Marc Sleen, die er zijn Nero-strip laat verschijnen. Durnez verzint de plot voor diens eerste Neroalbum "Het geheim van Matsuoka" (1947), maar Sleen maakt er wel een volledig ander verhaal van. Ook bedenkt hij de naam van het personage Detective Van Zwam.
In Nero zijn trouwens geregeld verwijzingen naar Gaston Durnez terug te vinden. Zo leest Petoetje in De Zoon van Nero (1959) het fictieve boek "Kolder" door Gaston Durnez. In "De Zesde Kabouter" (1977) staan in strook 36 en 38 diverse boeken van Durnez op Adhemars slaapkamer. In ‘Het Gouden Hart’ (1987-1988) draagt dichter Piet Peerdezaag enkele gedichten van Gaston Durnez voor.

PORTRETTEN VAN EEN GENERATIE
In 2018 - Durnez wordt dan 90 - verschijnen zijn memoires: "Een mens is maar een wandelaar". Het boek schetst een fascinerend portret van een generatie. Een bont gezelschap passeert de revue in dit recente boek: dichter Bert Decorte, schrijver Louis Paul Boon, journaliste-schrijfster Maria Rosseels, fotograaf Paul Van den Abeele, regisseur Robbe De Hert, historicus-Bokrijkoprichter Jozef Weyns, politicus Theo Lefèvre en krantenmagnaat Albert De Smaele. Het boek is indirect ook een ultiem zelfportret van Durnez zelf.
Durnez was daarnaast actief als tekstschrijver voor radio, als tv-medewerker en filmscenarist, bijvoorbeeld voor "De Witte van Sichem" van Robbe De Hert. En tot slot hij ook de bedenker van menige puntige boutade, zoals "In menig huwelijk is er maar één klein lichtpuntje overgebleven: het tv-scherm", of "Geld krijgt zijn kwaliteit door zijn kwantiteit", en "Democratie is een samenwerking van mensen die elkaar bestrijden."

LAATSTE COLUMN
In zijn laatste column voor de lage landen herleest Gaston Durnez de boeken van Edward Lear. “Als je Engeland beter wilt leren kennen, dan moet je zijn nonsensdichters lezen.” (Bronnen: Ludwig De Wolf, Belga, vrtnws, vrijdag 22 november 2019, 22:40)


Op 11 juli 2018 kreeg Durnez het Ereteken van de Vlaamse Gemeenschap uit handen van minister-president Geert Bourgeois.

Geen opmerkingen: