Deze maand verschijnt de allerlaatste Suiker. De makers hebben alles gedaan om de krant te redden, maar dat is niet gelukt. “Nergens konden we genoeg steun vinden om het verhaal financieel rond te krijgen. Blijven verder doen en elke maand verlies maken, is natuurlijk geen optie. Dik tegen ons goesting dus. Maar we stoppen met Suiker”, zegt hoofdredacteur Roel Sels.
Een Suikerreeks die ons alvast altijd zal bijblijven, is deze over Gust Spruyt en de Lux. Zowat iedereen van onze generatie kent hem als de concertorganisator van de MAF Brothers, een hobby die hij meer dan twintig jaar uitoefende. In zijn gloriedagen bracht Gust ‘van de crèmerie’ beginnende groepjes als Dire Straits, U2 en The Cure naar de Kempen. Een en ander inspireerde de Kempense cultuurkrant terecht tot het maken van een reeks over De Lux, destijds het Mekka van het Vlaamse clubcircuit genoemd.
REDDINGSACTIE
De 100 kunstmappen met daarin negen werken van topkunstenaars uit de Kempen, die speciaal voor Suiker een werk maakten, hebben de krant dus niet kunnen redden. Suiker wou hiermee anticiperen op het mogelijke verlies van subsidies, en zijn toekomst veiligstellen. De negen werken werden hoogkwalitatief gereproduceerd op papier (A3-formaat) van museumkwaliteit en door de deelnemende kunstenaars (n.v.d.r.: Luk Van Soom, Fik Van Gestel, Raymond Minnen, Chris Meulemans, Silvia Bonotto, Joris Martens, Bob Roes, Fred Michiels en Nel Aerts) genummerd en gesigneerd.
ALLERLAATSTE EDITORIAAL
Suiker houdt op te bestaan. [...] Na achtenhalf jaar zetten we een punt achter de enige cultuurkrant die de Kempen ooit heeft gehad. Afscheid nemen van de vele duizenden lezers die dankzij Suiker op de hoogte bleven van het culturele reilen en zeilen in de Kempen valt ons zwaar. Afscheid nemen van de honderden Kempense artiesten, verenigingen en instellingen die Suiker als een ideaal promotiemiddel zagen, doet ons zo mogelijk nog meer pijn. U mag het gerust weten: wij stoppen met de grootst mogelijke tegenzin.
September 2009. Trots als een pauw, maar tegelijk ook met een bang hartje, stelden we het nulnummer van Suiker voor. Met veel zin voor avontuur waren we in een diep, donker gat gesprongen. Op een moment dat het ene tijdschrift na het andere over de kop ging, besloten wij een nieuwe krant te lanceren. Alsof die uitdaging nog niet groot genoeg was, beslisten we ook nog dat het een cultuurkrant zou worden, die bovendien in een hoge oplage moest verschijnen en – dat kon er ook nog wel bij – nog gratis moest zijn ook. Je moet niet zot zijn om aan zo’n project te beginnen, maar het helpt wel. Net zoals het helpt om de juiste vrienden rond je te hebben. Mannen en vrouwen van stavast, die zoals afgesproken (zonder aarzelen op de derde tel, al dan niet met de ogen toe) mee in dat diep, donker gat wilden springen.
Aan de zijlijn werd er gegniffeld dat we de lat zo hoog legden dat we er gemakkelijk onderdoor zouden kunnen. De lat lag inderdaad hoog. Maar waar een wil is, is een weg: we sprongen erover.
Toegegeven: hoe goed we ons ook voorbereid hadden, we wisten amper waar we aan begonnen. Dat kon ook niet anders. Niemand was ons ooit voorgegaan. De problemen die zouden opduiken, zouden we onderweg wel oplossen. Als iemand ons in 2009 een papier voorgeschoteld had met de belofte dat we het achtenhalf jaar zouden uitzingen, hadden we het meteen ondertekend. Immers: niets is voor altijd en een klein decennium lang een taak vervullen die niemand eerder ooit opgenomen heeft, is al een eeuwigheid.
Hoe anders kan je er acht jaar later over denken? We hebben alle redenen om tevreden te zijn, maar dat zijn we niet. De doelstellingen die we vastlegden bij het begin, bereikten we allemaal. We wilden aantonen dat deze regio niet ‘stil’ is, maar juist bruist en overloopt van talent. We wilden de kunstenaars en creatievelingen een duw in de rug geven. We wilden culturele organisaties en evenementen promoten. We wilden lezers een uitgebreid overzicht geven van de drukke Kempense culturele agenda. We zijn daar met brio in geslaagd. We leverden fantastisch werk, al zeggen we het zelf. En toch staan binnen het Suikerteam de gezichten allemaal op onweer. Omdat ons werk niet af is. Er is nog zoveel te doen. We vragen ons af wie na ons op de barricades zal gaan staan voor cultuur in de regio. Of liever: we vragen ons dat niet af, want we kennen het antwoord. Niemand.
We stoppen omdat we geen andere keuze hebben. Een gratis krant maken is helaas niet hetzelfde als gratis een krant maken. Suiker maken kost geld. Toen we begonnen, kozen we er bewust voor geen commerciële koers te varen. De nodige centen enkel bij adverteerders halen, was nooit een optie, want we wilden trouw blijven aan ons doel: een unieke cultuurkrant maken, en niet het dertiende reclameblad in het dozijn worden. Bij de overheid en de Kempense cultuurcentra vonden we partners. Zij toonden zich bereid Suiker flink te steunen. Maar het Suikerschip was de haven nog maar net uitgevaren toen de provincie de subsidies al met 60% terugschroefde. Toen onlangs de cc’s de geldkraan zelfs helemaal dichtdraaiden, was het lot van Suiker bezegeld. Hoe weinig er ook nodig was om de cultuurkrant draaiende te houden (iedereen werkte onder de prijs, voor een vrijwilligersvergoeding of zelfs helemaal gratis): we vonden niet voldoende middelen om het verhaal financieel rond te krijgen. En nóg meer bezuinigen dan we al deden, was onmogelijk zonder drastisch aan kwaliteit in te boeten. In het maken van een kapotbespaarde tweederangs-Suiker heeft niemand binnen het Suikerteam zin. Dan maar de stekker eruit, hoe gruwelijk we dat ook vinden.
De Kempen verdient een cultuurkrant, net zoals de Kempense kunstenaars het verdienen om in de picture gezet te worden. Daar is iedereen het roerend over eens. De voorwaarde om dat te kunnen bewerkstelligen en het algemene belang te kunnen dienen, is wel dat je verder dan de eigen agenda kijkt en de vraag “what’s in it for me?” pas in tweede instantie stelt. Dat bleek te veel gevraagd. We hebben gepraat met culturele instellingen, politici, bedrijfsleiders, serviceclubs, handelaars, belangenverenigingen ... Goede gesprekken, een voor een. Als we voor elke schouderklop die we kregen een halve euro hadden ontvangen, zou het voortbestaan van Suiker nu al gegarandeerd geweest zijn tot diep in de 22ste eeuw. Het nut van Suiker is nooit door iemand in twijfel getrokken; het nut om Suiker te steunen door bijna iedereen. Dat zorgt voor een wrange smaak in de mond. Maar geef ons wat tijd en we krijgen die wel weggeslikt.
Wat blijft, zijn de 91 Suikers als stille getuigen van het boeiendste avontuur dat we ooit beleefden, en de vele vrienden die we onderweg maakten. U, beste lezer, bent er daar een van. Het was een plezier om voor u te schrijven.
Het Suikerteam
De cover van de allerlaatste Suiker ...
Voorstelling van de kunstmap door het Suikerteam, in aanwezigheid van kunstenaars Raymond Minnen en Silvia Bonotto, en Marc Janssens van Tarmac. (Foto: Bert De Deken)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten