woensdag 15 september 2004

60 jaar Bevrijding

September is dé maand waarin zowat alle Vlaamse kranten berichten over de bevrijding, dit jaar precies 60 jaar geleden. En dat was 10 jaar geleden niet anders. Zo wijdde Het Nieuwsblad van donderdag 15 september in haar Streeknieuws-pagina’s een volledige bladzijde aan de dramatische gebeurtenissen in Herenthout, zoals ze werden opgetekend door Gaston Verheyen. Het dubbele drama haalde destijds ook de pagina’s van het allereerste nummer van De Nieuwe Schakel.

Herenthout werd op 5 september bevrijd. De Engelsen zaten in Bevel, hun hoofdkwartier was gevestigd op het kasteel Bevelhof. De Duitsers hadden zich achter het Albertkanaal teruggetrokken. Het verzet bezette het gemeentehuis en aan de rand van de dorpskom stonden hun wachters. Tijdens het bevrijdingsoffensief lieten de Duitsers alle bruggen over de Kempense kanalen springen. Burgers moesten de kanalen met een veerpont oversteken. De Duitsers hadden die veerponten niet meer nodig: na de bevrijding van de Zuiderkempen staken nog regelmatig tot de tanden bewapende patrouilles met eigen middelen het kanaal over om verkenningen uit te voeren, eten op te halen of - zoals in Herenthout - wraak te nemen.
Op vrijdag 15 september 1944 werd in Herenthout Françis Cogels, die enkele dagen eerder in tragische omstandigheden om het leven was gekomen, begraven. Cogels was peletonoverste van het plaatselijke Kempisch Legioen. In de nacht van 11 op 12 september begeleidde hij 2 Britse spionnen met een geheime zending voor de Nederlandse weerstand. Net buiten het dorp, op de Itegemse Steenweg, sommeerden 2 leden van zijn beweging die op wacht stonden hem te stoppen. Cogels merkte het signaal niet en reed door. De wachters herkenden de auto in het donker niet en openden vuur. Eén kogel vloog tussen de 2 inzittenden op de achterbank en raakte Cogels in de rug.
Bij de mannen van het verzet heerste grote droefheid om het verlies van hun overste en kameraad. Ook de bevolking was diep onder de indruk. Velen kwamen het stoffelijk overschot, bedekt met de Belgische driekleur en omringd door een erewacht van weerstanders, in de raadzaal van het gemeentehuis groeten. De voorbereidingen om de peletonoverste waardig te begraven startten. Niemand kon toen vermoeden dat zijn begrafenis de aanleiding zou zijn voor nog meer tragedie.
De Duitsers, die getipt waren dat de leider van het verzet op 15 september werd begraven, staken al voor het krieken van de dag het Albertkanaal over. In de vroege ochtend bevonden ze zich op Oosterhoven. Omstreeks 4 uur werd de hoeve van Wies Buts omsingeld. Daar aten ze een heel brood op en dronken een volle emmer melk. Op een zeker ogenblik zag de officier op zijn uurwerk en zei: “Het is tijd, we moeten vertrekken.” Ze pakten in de buurt hier en daar een fiets mee en reden naar het dorp.
De Duitse militairen waren volgens een ooggetuige goed bewapend. Om hun hals hingen kogels, op hun schouders mitrailleurs en hun laarzen zaten vol munitie. Sooi Verstappen zag de Duitsers door de Molenstraat rijden: “Ik was bij Sus van Minnekens (Vermeulen) om een pas gekocht paard te laten beslaan. Een stuk of zeven Duitsers kwam voorbij gereden. Eén van hen riep: ‘Haben sie angst?’ Ik zei: ‘Neen, ik ben niet bang.’ Ze lachten.”
Enkele ogenblikken later botsten Ward van Nonkelen (Mertens) en Fons Verelst op drie fietsende Duitsers. Als lid van de Witte Brigade droegen de twee een witte band om de arm en omdat ze geen wapens hadden zetten Mertens en Verelst het op een lopen. Fons Verelst - inmiddels overleden - kon ontsnappen maar Ward Mertens werd gegrepen. Volgens Louis Cannaerts ging het allemaal snel: “Ik stond op en keek door het raam. Ward en Fons stapten door de Molenstraat. Ik daalde de trap af, ging door de achterste plaats naar het pomphuis om me te wassen. Ons moeder stond daar aan de deur en deed teken. Ik begreep haar niet, maar toen ik naar buiten keek zag ik een gecamoufleerde man die een revolver op Ward richtte. Een andere Duitser hield Sooi Horemans met een vuurwapen in bedwang.”
Dat de Duitsers Ward Mertens aanhielden is begrijpelijk. Zijn witte band liet er geen twijfel over bestaan dat hij lid was van de Witte Brigade. Waarom Frans Horemans en z’n twee zonen, gewone burgers, werden gevangen genomen is minder duidelijk. Hoogstwaarschijnlijk schreven de Horemansen het rumoer toe aan de komst van de Engelsen - heel wat Herenthoutenaren wachtten die dagen met ongeduld op de intrede van de bevrijders - en zijn ze daarom op straat gekomen. De vier ‘gevangenen’ werden door de Duitsers naar het café van Frans Verwimp, op de hoek van de Hazenstraat en de Molenstraat, gebracht. Ondertussen was de patrouille gesignaleerd en kwam het verzet in beweging. Er vielen schoten.
Celine Wagemans, die aan het karspoor (nu Cardijnlaan) woonde, doet de rest van het verhaal. Haar vader gluurde door een spleetje van een neergelaten rolluik richting Herentalse Steenweg. Volgens Celina vertelde hij: “Er stonden enkele mensen op een rij tegen de muur van boer Smits, recht tegenover de elektriciteitscabine. Duitsers met de mitrailleurs in aanslag riepen naar en schreeuwden op hen. De vier mannen werden het veld ingestuurd en moesten lopen. De Duitsers schoten op hen. Eén van hen (vermoedelijk vader Horemans) keek om en vroeg iets. Dat bezorgde hem een extra regen kogels...”
Sooi Verstappen was in de smidse van Sus Vermeulen en zag het voorval vanuit een andere hoek. “We hoorden schieten. Achter de cabine op het veld zag ik drie mannen lopen en op de grond vallen. Dan kwam een Duitser met een geweer en gaf ze alle drie een nekschot. Verderop zag ik een man van de Witte Brigade (Ward Mertens). Ik dacht nog: Als die gaat schieten... en ben in de kelder gegaan en heb verder niks meer gezien...”

Gaston Verheyen vatte ruim 20 jaar geleden het idee op om de getuigenissen van de mensen in Herenthout over de Tweede Wereldoorlog te verzamelen. Hij trok ermee naar de cultuurraad, maar daar weekte zijn voorstel niet veel enthousiasme los wegens te delicaat. Herenthout had tijdens de oorlog niet voor niets de bijnaam Klein Berlijn. Maar Verheyen hield vol en in 1989 verscheen zijn ‘Geschiedenis Herenthout, Oorlog 1940-1945’.

(Bronnen: Het Nieuwsblad van 15 september 1994, De Nieuwe Schakel van oktober 1994, ‘Geschiedenis Herenthout, Oorlog 1940-1945’ door Gaston Verheyen)

Geen opmerkingen: