Gisteren trokken zo’n 760 enthousiaste carnavalisten, verdeeld over 46 acts en 7 losse groepen, in stoet door de centrumstraten van Huirtuit. Dankzij de steun van de zon, mocht het organiserende Peer Stoet een flink pak toeschouwers begroeten. Geschat wordt dat er 8000 mensen langs het parcours stonden, waaronder zo’n 4300 betalenden. “Het is nu de 106e stoet en we zitten aan de 58e prins”, wist Wim Beirinckx op RTV. “Dat is uniek in de Kempen en zelfs in België!”
Ook Prins Yves I was duidelijk in zijn nopjes, al bestond zijn taak er voornamelijk in om snoepgoed uit te gooien. “Sikskes, da’s een 600 kilo, ik denk een 1400 pakskes chips, 12000 spekken en nog hiejel veul spelgoed”, rekende hij snel voor.
Even ging de reporter van dienst uit de bocht, toen Beirinckx gevraagd werd naar zijn mening over het feit dat Vlaams minister Bert Anciaux de carnavalsverenigingen de hand wil reiken met logistieke ondersteuning. “Logistieke steun is voor ons belangrijk in de zin dat wij medewerking hebben hier van de plaatselijke politie, brandweer en Rode Kruis. Gemeentepersoneel ook voor een stuk, om de omlopen af te schermen. Maar hoe dat Anciaux logistieke steun gaat geven, dat zie ik eigenlijk niet zitten”, antwoordde de secretaris gevat.
De Vlaamse regering - met Bert Anciaux op kop - gaat aan de UNESCO inderdaad vragen om het georganiseerde carnaval te erkennen als immaterieel cultureel erfgoed, zodat subsidiëring mogelijk is. Er wordt hierbij gedacht aan convenanten die steden en gemeenten met de Vlaamse overheid kunnen afsluiten om hun carnaval te ondersteunen, financieel en niet logistiek.
Volgende zondag (10 februari) trekt de oudste stoet van het land opnieuw rond, maar dan wel in omgekeerde richting. Hopelijk zit het weer dan opnieuw mee en kunnen wij alsnog plaatjes gaan schieten, iets waar we gisteren door familiale verplichtingen niet aan toe gekomen zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten