Dans met mij, naar jouw schoonheid op de klanken van een brandende viool,
Dans met mij door de paniek, tot ik mij veilig geborgen voel,
Dans met mij in tederheid, en dans met mij traagweg op doel,
Dans met mij, tot het einde van de liefde,
Dans met mij, tot het einde van de liefde,
Span het beschermende zeil, ook als is ze tot op de draad versleten,
Laat mij traag de dingen zien, waarvan ik alleen de grenzen heb geweten.
En dans met mij door de gordijnen, die onze kussen hebben versleten,
Dans met mij tot het einde van de liefde,
Dans met mij tot het einde van de liefde.
Deze prachtige woorden van Leonard Cohen lijken op liefdesverzen, maar achter de woorden schuilt de gruwel van de oorlog en de holocaust. Het gaat over de gevangen die, in de mist van de zwarte rook van verbrandde lichamen, op viool de lange rijen medegevangenen begeleidden, die richting de gaskamers werden gedreven. De brandende klanken van de gedwongen vioolspelers, terwijl hun medegevangenen de dood in werden gejaagd.
Mooie woorden kunnen de harde tragiek en gruwel van de geschiedenis vervagen, maar de pijnlijke kern blijft. Dat is ook het gevoel dat ik heb bij toespraken als deze.
Alle woorden schieten nu eenmaal tekort, voor de pijn van elk oorlogsslachtoffer. En we gaan er met onze toespraken helaas ook niet op vooruit.
Elk jaar opnieuw moeten we vaststellen dat de grenzen tussen vrede en oorlog zo flinterdun kunnen zijn. Na de nog steeds voortdurende gruwel in Oekraïne, is ondertussen ook het conflict in de Gazastrook opnieuw in al zijn felheid opgelaaid. En waarom?
We hebben zelfs ondertussen uren duidingsprogramma’s nodig om zelfs maar een poging te doen om het conflict in Israël te begrijpen. We staan er hier – zo lijkt het toch – zo ver af, maar tegelijkertijd ook zo dicht bij. Maar staan we daar dan zelf echt zover vanaf?
Want één constante is er. Oorlog begint, na de polarisatie, waar respectvol, begripvol praten stopt.
Misschien moeten we de oplossing net dichtbij zoeken, en proberen onze eigen kleine oorlogjes te staken? Misschien “vele kleine staakt het vuren” uiteindelijk ook de grote oorlogen zwijgen? Want hoe makkelijk is het niet tegenwoordig om het grote gelijk af te kondigen over de kleinste dingen, op facebook, twitter, snapchat, tiktok of instagram ...
Zoveel kleine oorlogen worden uitgevochten, met pijnlijke woorden tussen gekwetste zielen. Slachtoffers en vijanden van het eigen grote gelijk, die elkaar niet eens meer in de ogen moeten kijken, letterlijk afgeschermd, door computer- en smartphoneschermen. Stekende woorden worden lukraak afgeschoten, naar Jan en alleman, terwijl we de tranen van de ander niet meer zien.
Misschien moeten we elkaar terug meer recht in de ogen durven kijken. Want sowieso zullen de ogen van de ander, met hun twijfel of verdriet de scherpte verzwakken, en zal in de tranen van de ander ook ons eigen “grote gelijk” vertroebelen en verdrinken.
Laat ons dus de eerstvolgende afrit nemen op de snelweg van de polarisatie, terug naar het tragere pad van de dialoog en respect. Misschien kunnen de fakkels in de kinderhanden van vandaag ons daarnaar de weg wijzen ... want:
Ooit op een dag,
Valt de muur voor het kind,
Het is de liefde, het is de liefde,
Het is de liefde die overwint.
En op die dag kunnen we misschien eindelijk in vrede dansen,
Dansen, onder en boven de liefde,
Over de olijftak getild, waarop de Vredesduif rust,
Dansen voor de kinderen, die vragen om geboren te worden in een veilige wereld,
Dansen, tot voorbij de liefde,
Dansen, tot voorbij de liefde.
Stijn Raeymaekers
Burgemeester
Geen opmerkingen:
Een reactie posten